Snel en veilig met je speedboat of waterscooter

publicatie:
07
-
02
-
2016
Hard varen is leuk maar mag niet overal. ‍Voor snelvaren, met een schip korter dan 20 meter dat sneller kan dan 20 km/u, gelden speciale regels.

De bestuurder van een snelle motorboot moet 18 jaar of ouder zijn en een vaarbewijs hebben. De regels gelden ook voor waterscooters. Snelle motorboten moeten een registratiebewijs (Y-nummer) hebben. Ga alleen snelvaren waar het mag, en zorg dat anderen geen last hebben van golfslag en herrie.

Bekijk de snelvaarkaart met snelvaargebieden.

Spelregels en voorschriften voor snelvaren

  • Houd rekening met anderen die van het water willen genieten, ook zwemmers
  • Voorkom hinderlijke golfslag en herrie
  • Houd rekening met de beroepsvaart. In het bijzonder met de golfslag en zuiging van deze schepen, en de grote dode hoek van soms 350 meter
  • Houd je aan de toegestane vaarsnelheid
  • Vermijd conflicten, houd de sfeer op het water goed
  • Spaar natuur en milieu
  • Laat je boot alleen te water waar het mag, houd daarbij rekening met passerende schepen
  • Ken de reglementen en pas ze toe
  • Zorg voor de voorgeschreven veiligheidsuitrusting aan boord
  • Zorg voor een goede verzekering voor je vaartuig
  • Houd je registratiebewijs, vaarbewijs en legitimatiebewijs binnen handbereik
  • Gebruik je verstand, niet je PK’s
     

Registratiebewijs (Y-nummer)

  • Voor snelle motorboten is een registratiebewijs (Y-nummer) verplicht. Je kunt dit aanvragen bij de RDW in Veendam, via www.rdw.nl en bij elk PostNL Postkantoor dat ook kentekenbewijzen afgeeft
  • Als je vaart, moet het registratiebewijs altijd aan boord zijn
  • Het Y-nummer moet aan beide kanten van de boot staan
  • Als je je snelle motorboot verkoopt, moet de nieuwe eigenaar de boot op zijn naam overschrijven. De overschrijving van het registratiebewijs van particulier naar particulier kan via de RDW website of bij PostNL. Er wordt een vrijwaringsbewijs voor een snelle motorboot afgegeven (sinds 2018).

Voorschriften bestuurder snelle motorboot of waterscooter

  • De bestuurder moet in staat zijn het vaartuig veilig te besturen en ten minste 18 jaar zijn.
  • De bestuurder moet tijdens het varen op de zitplaats zitten die voor de diegene bestemd is, tenzij staand sturen ook veilig kan.
  • De bestuurder die staand stuurt, moet een reddingvest dragen, behalve bij het sturen vanaf een gesloten binnenbesturing.
  • Bestuurders van waterscooters moeten een reddingvest dragen.
  • De bestuurder moet de dodemansknop (motor-onderbrekingsknop) gebruiken en voorkomen dat je andere watergebruikers hindert of in gevaar brengt.
  • Je moet snelheid beperken:
    • binnen 20 meter uit de oever, tenzij borden iets anders aangeven ;
    • binnen 50 meter van een zwemplaats of aanlegplaats;
    • in de buurt van wedstrijden, waterfeesten, demonstraties of soortgelijke evenementen;
    • bij minder dan 500 meter zicht;
    • in een haven;
    • ‘s nachts (tenzij er een officiële ontheffing is);
    • binnen 100 meter van haveningangen;
    • nabij pontveren.
  • De bestuurder moet zich houden aan de toegestane vaarsnelheden die op borden en op officiële waterkaarten staan;
    • voorkomen dat de bootmotor onnodig herrie maakt of onnodig draait als het vaartuig stilligt;
    • zich houden aan de regels voor alcoholgebruik: het toegestane alcoholpromillage is 0,5 promille;
    • een registratiebewijs van diens vaartuig hebben.

Voorschriften snelle motorboot

  • Aan beide kanten moet het registratieteken (Y-nummer) staan. Goed zichtbaar, in een van de ondergrond afwijkende kleur en met wettelijke afmetingen
  • De motor moet technisch in orde zijn: rookt niet, veroorzaakt geen overlast, geen gevaar voor brand of ontploffing
  • De uitlaat moet een geluidsdemper hebben, waardoor er geen geluidshinder is
  • De stuurinrichting moet feilloos werken
  • Een motor-onderbrekingsknop (dodemansknop) is verplicht. De knop stopt de motor direct als de bestuurder overboord valt
  • Iedere opvarende moet een reddingvest binnen handbereik hebben
  • Er moet een gebruiksklaar en gekeurd brandblusapparaat aan boord zijn
  • Het vaarbewijs van de schipper, het registratiebewijs van het vaartuig en het BPR (mag digitaal) moeten aan boord zijn. Het BPR hoeft niet aan boord te zijn van een klein open schip
  • Voor het geven van geluidsseinen moet een scheepstoeter aan boord zijn
  • Ook verstandig: heb een peddel en een gebruiksklaar anker van het juiste type en gewicht aan boord
     

Voorschriften waterskiën en wakeboarden

Waterskiën en wakeboarden mag alleen in gebieden die voor deze sport zijn aangewezen. Tijdens het waterskiën moet behalve de bestuurder van de boot een tweede persoon van ten minste 15 jaar aan boord zijn, die voortdurend let op de skiër(s) en de directe omgeving. Het waterskiën mag geen onveilige situaties of overlast voor anderen veroorzaken. Verder gelden dezelfde regels als voor het varen met een snelle motorboot.

Handhaving

Behalve de politie handhaven vaarwegbeheerders als Rijkswaterstaat de regels op de grotere rijksvaarwegen. Provincies en waterschappen doen dat op regionale en lokale vaarwegen. Er wordt gelet op vaargedrag, alcoholgebruik en de juiste papieren. Ook buitengewone opsporingsambtenaren mogen bij overtredingen boetes uitdelen. (Bij alcoholovertredingen is alleen de politie bevoegd om boetes uit te delen.)

Meer informatie:

Let op:

  • Er zijn geen officiële (water)kaarten waar de snelvaargebieden op staan
  • In het Marsdiep mag je niet meer snelvaren of waterskiën
  • Vanaf 250 meter uit de wal mag je op het IJsselmeer en Markermeer snelvaren

Check in overige gevallen provinciale of gemeentelijke verordeningen of je mag snelvaren