Daan Struijk en David Krabbe helpen bij nood, begeleiden scheepvaart en handhaven wet- en regelgeving op het water. Daan Struijk vaart onder andere op het IJ en het Amsterdam Rijnkanaal. David in het Rijnmond en Drechtsteden gebied.
Gevolgen niet overzien
Niet stuurboordwal varen, te snel varen, geen dodemanskoord en geen reddingsvest dragen: het zijn allemaal veel voorkomende overtredingen. Struijk: ‘Mensen overzien de gevolgen van hun acties niet of denken dat het hen niet overkomt. Niemand verwacht overboord te vallen. Als je geen dodemanskoord draagt, vaart je boot door als een ongeleid projectiel. Alles op z’n pad loopt gevaar. Andere boten, zwemmers, of mensen op de kant. Omdat er brandstof aan boord is, kan het bij een botsing ook nog eens exploderen. Levensgevaarlijk.’
‘Soms zie ik vaargedrag en denk ik 'hoe kom je erbij?', maar het is vaak echt onwetendheid. Vorig jaar scheurde een motorbootje over het IJ, met erachter een opblaasband met 3 kinderen van een jaar of 9. Slalommend rond grote beroepsvaart en andere bootjes. Niemand droeg een reddingsvest.'
'Het duurde even voordat de bestuurder ons zag seinen. Hij lette duidelijk totaal niet op zijn omgeving. Toen ik uitlegde wat er mis kan gaan, betrok zijn gezicht. Ik zág het kwartje vallen. Ik ben blij als ik met voorlichting ongelukken kan voorkomen.’
Klein versus groot
Recreatievaarders geven in het onderzoek aan zich onveilig te voelen als beroepsvaarders dichtbij varen. Krabbe: ‘Van beroepsvaartuigen van zo’n 200 m lang tot aan kleine (huur)sloepjes: alles vaart door elkaar.’ Struijk: ‘Natuurlijk is het spannend als je in je sloepje vaart en er passeert een schip van 200 m. Maar 9 van de 10 keer heb je zelf in de hand hoe dichtbij die komen.’
Krabbe: ‘Recreanten moeten stuurboordwal varen, aan de rechterkant dus. Kleine bootjes hebben veel minder diepgang en kunnen veel dichter op de kant varen dan een groot schip. Op die manier blijf je uit elkaars vaarwater. Ik merk dat recreanten vaak niet beseffen hoe erg ze richting het midden varen. Pas als ik een radarkaartje laat zien, zien ze het zelf ook.’
Echt genieten
Elkaar de ruimte geven, even groeten, je snelheid aanpassen. Eigenlijk is het heel simpel. Krabbe: ‘Laatst was er iemand te laat voor de brug en moest hij even aanleggen op de wachtplek. Nog voordat hij bij de kant was kwam er iemand aangesneld om zijn lijnen aan te pakken. Die vriendelijkheid en behulpzaamheid draagt echt bij aan een fijne, gemoedelijke sfeer op het water.’
Genieten op het water, daar draait het immers allemaal om. Krabbe: ‘Varen is heerlijk! Maar blijf ondanks de vakantiemodus wel opletten.’
Struijk: ‘Doe jezelf een plezier en bereid je reis goed voor. Stippel je route uit, zoek de vaarregels op en neem de Vaarbewaarkaart met alle regels mee, zoek op wat voor ander vaarverkeer je tegen kan komen op je route en check je vaartuig vooraf. Zo kom je niet voor onaangename verassingen te staan en kun je ontspannen varen.’
Krabbe: ‘Varen is pas echt genieten als iedereen ook weer veilig thuiskomt!’
Meer informatie vaarregels
Dit vaarseizoen hebben alle mobiel verkeersleiders van Rijkswaterstaat voorlichtingsmateriaal aan boord over de vaarregels. Ga je het water op? Wie weet vaart een mobiel verkeersleider of partner Varen doe je Samen! dan wel langs met meer informatie.
Goede, veilige vaart!